De Leidse Schouwburg is de oudste schouwburg van Nederland die nog steeds zijn theaterfunctie vervult. Een bijzondere plek met veel historie. In 1705 kreeg de Haagse acteur Jacob van Rijndorp, leider van rondreizend theatergezelschap ‘de Groote Compagnie’ toestemming van de Leidse magistraat om een theater te bouwen op de plek van een afgebrande mouterij. De waterbron van deze mouterij bevindt zich nog altijd in de zaal, onder de vloer. Het gebouw is meermalen vergroot en vertimmerd. In 1865 verbouwde stadsarchitect Willem Schaap vooral de voorgevel en de zaal ingrijpend. Schaap ontwierp een symmetrisch opgezette voorgevel in eclectische stijl (een combinatie van stijlen). De zaal kreeg haar hoefijzervorm, geïnspireerd op Italiaanse theaters en uitgevoerd in een feestelijke neobarokstijl. In 1974-1976 restaureerde Onno Greiner de schouwburg. Hij was gegrepen door de intieme relatie tussen zaal en podium. Greiner ontdekte dat beide ruimten samen een ei vormen waarbinnen de toeschouwer als het ware het toneel wordt opgetrokken en de acteur de zaal in. Door hierover te publiceren in vaktijdschriften werd de Leidse Schouwburg bekend onder architecten over de hele wereld. Door de intieme setting komen veel jonge en gevestigde cabaretiers en theatermakers hier graag optreden. Zomer 2023 werd de zaal opnieuw gestoffeerd; alle stoelen kregen nieuwe bekleding. / LvD