Het Stadsbouwhuis is gebouwd als verzamelkantoor waar verschillende diensten werden ondergebracht: Gemeentewerken, Stadsontwikkeling en Volkshuisvesting. Het was dus de gezamenlijke werkplek voor ambtenaren die betrokken waren bij wonen en stadsontwikkeling. Voor burgers was het de plek waar ze terecht konden voor bouwzaken. In 1978 werd door stadsarchitect Fred Temme op een deel van het terrein van de Stedelijke Lichtfabrieken een diep gebouw neergezet, passend in de nieuwere, meer menselijke maat van bouwen. Het geld voor de nieuwbouw van het Stadsbouwhuis kwam ook uit het fonds van de Lichtfabrieken. Het gebouw dat, vanwege beschermd stadsgezicht, niet hoger mocht zijn dan 12 meter, is relatief laag. Het gebouw is structuralistisch van opzet. De gevel en plattegrond zijn opgedeeld in modules, waardoor het gebouw levendig oogt en minder massief is. De vensters lopen vaak door tot aan de vloer, wat de gevel een open en toegankelijke indruk geeft, ook weer passend in de bouwtrend van eind jaren 70. De entree lag oorspronkelijk aan een open binnenhof waaraan meanderende clusters van kantoren die in elkaar overliepen, elk met eigen trappenhuis. De binnenhof is eind jaren 90 overdekt. In de huidige plannen voor de ontwikkeling van het Energiepark wordt het Stadsbouwhuis vervangen door woningbouw van 3 tot 6 lagen. Tot de sloop is het gebouw in gebruik als studentenhuisvesting, met op de begane grond de Makerscentrale.